vrijdag 18 maart 2011

'tis altied get: Petanque

Hé, een A4-tje met opschrift in  mijn brievenbus. De “van” in mijn naam met een hoofdletter geschreven. Dat is dus afkomstig van iemand uit Gruitrode. Mijn interesse is gewekt. Maar even wachten, ik kan het nu nog niet lezen, want ik heb een lading boodschappen te verstouwen.


Ah, het is een aankondiging van de Petanque-club, dat het nieuwe seizoen er aan staat te komen. Enthousiast, gecast in forse letters staat daar de aankondiging:

“t is altied get Roy”
Beste petanque vrienden

Ja, het wordt ook dit jaar weer lente!

Ah, de Lente begint nu echt realiteit te worden. Zo’n aankondiging brengt meteen allerlei herinneringen aan afgelopen jaar terug: bij mooi weer gezellig een balletje slaan met een stel companen, hier op onze eigen banen aan het Royerplein.. Ach, geeft niet, er zijn er wel meer die dat niet weten.

Jawel ik heb goede herinneringen aan het afgelopen seizoen. Met Jan, en hoe heten mijn petanquevrienden ook alweer allemaal. Vergeten? Nee, toch....Oef. Wacht: Marcel, en ehh,…., Mia, enne…. Nou ja, ik ken ze toch allemaal van gezicht, dat wel. Ach, dat komt wel goed.

Het is een ernstige kwaal: ik ben een dubieus lid: ‘tis bij mij ja en nee. Ik wil altijd best graag eventjes mee doen, maar al te lang niets doen behalve naar “de andere ballen” te kijken, is eigenlijk niets voor mij. Ja, mijn knoken… voer ik dan wel eens aan als excuus. Maar ach wat, daar hebben ze hier allemaal last van. En inderdaad eerlijk is eerlijk, het is gewoon een smoes. Ik ben nou eenmaal gewoon te wispelturig of zoals je wilt kwispelurig. Ik ga liever wandelen, de natuur in, naar de fauna en flora, een praatje slaan met mijn paardjes, geitjes en schapen; ik ben te ongedurig en het wordt me al gauw te eentonig. Mijn geboeidheid in de mensen, de petankers, kan me vaak nog wel een tijdje vasthouden. Je ziet en hoort nog eens wat…soms eenvoudig, soms gecompliceerd, soms recht uit het hart, soms politiek, want er wordt best ook wel wat leven geventileerd tussen de beurten en de lijnen.

Goed, dus kom maar Lente, en breng ook wat licht en warmte en voor Jan en mij ook wat charmante, hihi, korte rokjes en mooie benen, onder een glimlach mee; nee je hoeft geen ballenjongen mee te brengen, daar zorgen we zelf wel voor. Voor die ballen bedoel ik. We hebben zo’n magneetje aan een touwtje weet je. Moeiteloos halen we daar de ballen mee omhoog, een voor een dat wel. Teken van stand en intelligentie. Allaaf.



maandag 14 maart 2011

Wie kent Jan van Reuschenberg?

Een van mijn vaste wandelroutes leidt via de Taelstraat achter langs het wandelpark naar de Voerliestraat. Daar schiet ik nogal eens linksaf de wijk in. Je komt dan door straten met beroemde namen als bijv De Derconingenstraat; zal wel iets met adel te maken hebben? Mij zeiden die namen weinig of niets. Daar is nu verandering in gekomen. De gemeente heeft op strategische plaatsen langs  de straat, daar waar ook de sraatnamen staan, bordjes geplaatst, met daarop informatie over degenen waarnaar de straten zijn vernoemd. Ah, dit vind ik prachtig.Ineens komt zo een dorp veel meer tot leven, en wordt verbonden met zijn  geschiedenis. De Ridders van de Duitse Orde namen daar een belangrijke plaats bij in. Het is allemaal te lezen in begrijpelijke taal op de bordjes. Wat me eerder niets zei, krijgt nu plotseling inhoud. Wacht ik heb er een paar gefotografeerd . Oordeel zelf. Nee, het is niet voor de toeristen, die  komen immers niet zo snel in de wijk. Die is gezellig voor de bewoners, maar de toeristen hebben er niet veel te zoeken. Het is dus voor de bewoners bedoeld denk ik, zodat ze weten in wat voor illuster gezelschap ze wonen. Een nieuwe plattegrond maakt de facelift compleet.