donderdag 3 maart 2011

over hanen, lellen en kammen

Loop ik door de Dreefstraat en klinkt me daar opeens een fors hanengekraai. Ah,  prachtig, geweldig kerel, laat je maar horen, schrik ik op. Dat is nog eens wat anders dan al dat gepiep en gefluit van de zangvogels, en dat gejeremieer van de turkse tortels. Kom, waar is mijn dictafoon, want dat wil ik opnemen. Ah, hier, mooi; maar ach, shit, het werkt niet, de batterij is leeg. Niet erg, ik zal dat gekraai de komende weken nog vaak genoeg kunnen horen. Ja hoor, zie je wel,  hij kraait alweer, ongetwijfeld als reactie op de andere hanen die in de verte te horen zijn, of misschien reageert hij ook wel op mij. Ik ben namelijk ook een mannetje. Wist je dat niet? Allez, kom Kees, eventjes terug gaan, en hem, de haan,  in de ogen kijken. Hm, daar issie, vuurrode kop en kam, en hij kijkt me scherp aan met een fel oog . Hij staat niet op een verhoog, zoals de haan op de foto; dat is wat hij eigenlijk het liefste doet: kraaien vanuit de hoogte en je vandaar aanstaren en proberen te intimideren, zoals sommigen van onze broeders doen. Nee, geen namen.

Nu met het lengen van de dagen komt een haan in zijn seizoen, dwz, hij wordt "hanig". hij heeft meer aandacht voor zijn hennen en voor zijn concurrenten dan anders, zal ik maar zeggen.Zijn primaire en secundaire geslachtsorganen gaan gevoelig in omvang toenemen, en hij komt op scherp te staan. In deze tijd vecht alles wat haan is met elkaar. Blijf jij ook maar een beetje uit mijn buurt buurman. Hahahaha.

In een kinderboerderij waar het hele jaar alles broederlijk en zusterlijk door mekaar loopt gaat in deze tijd alles wat haan is met elkaar "op de vuist": kip, fazant, pauw alles slaat aan het knokken. Ik heb gezien dat een kleine krielhaan zo maar bij een grote Barnevelder in zijn nek zat. Ikzelf ben als man ook verdacht, en hoef dus nu ook niet in die tuin te komen, want de kans bestaat serieus dat die kleine krielhaan of zelfs de Barnevelder mij in mijn nek springt en mij in mijn kam pakt. Hij grijpt dan wel mis natuurlijk, want ja, ik heb geen kam, maar toch, je zou je een hoedje schrikken.
Dus beste haan houdt je een beetje gedeisd, en laat in elk geval het vrouwtje en liefst ook de baas met rust, of het is zo bekeken met je. Ik heb dan wel geen bijl en pan klaar staan, maar ik roep gewoon de buurman met zijn korte metten.

Haiku:



Kuu kukelekuuu


fanatiek kraait de haan

 krassen kan hij niet


(opapake)